Het boeren zit bij de familie Van der Koppel in het bloed. De boerderij is al ruim 160 jaar in het bezit van de familie. Halverwege de 19e eeuw is deze aangekocht van de Heerlijkheid Meteren en vervolgens doorgegeven van vader op zoon.

Tot 1969 bestond het bedrijf voornamelijk uit akkerbouw in combinatie met het pachten van boomgaarden. Toen de boerderij overging van vader op zoon werd besloten te stoppen met het pachten van de boomgaarden en zich te gaan richten op melkvee. De veestapel werd gestart met roodbonte koeien.

In 1991 werd de overstap naar vleesvee gemaakt. De melkkoeien werden gemengd met Belgisch witblauw. Het houden van vleesvee beviel goed, echter over de keuze van het ras was men niet tevreden. Daarom is 5 jaar later begonnen met het fokken van Blonde d’Aquitaine.